Implementatieplan

Het doel van een implementatieplan is de procesmatige en planmatige invoering van vernieuwingen en/of veranderingen van bewezen waarde, met als doel dat deze een structurele plaats krijgen in het (beroepsmatig) handelen, in het functioneren van organisatie(s) of in de structuur van de gezondheidszorg. Herin worden bevorderende en belemmerende factoren bij toepassing van de aanbevelingen benoemd.

 

Dit implementatieplan is opgesteld ter bevordering van de implementatie van de richtlijn klinische postmortem radiologie. Voor het opstellen van dit plan is een inventarisatie gedaan van de mogelijk bevorderende en belemmerende factoren voor het naleven van de aanbevelingen. Daarbij heeft de richtlijncommissie een advies uitgebracht over het tijdspad voor implementatie, de daarvoor benodigde randvoorwaarden en de acties die door verschillende partijen ondernomen dienen te worden.

 

Werkwijze

De werkgroep heeft per aanbeveling geïnventariseerd:

  • per wanneer de aanbeveling geïmplementeerd moet kunnen zijn;
  • de verwachte impact van implementatie van de aanbeveling op de zorgkosten;
  • randvoorwaarden om de aanbeveling te kunnen implementeren;
  • mogelijke barrières om de aanbeveling te kunnen implementeren;
  • mogelijke acties om de implementatie van de aanbeveling te bevorderen;
  • verantwoordelijke partij voor de te ondernemen acties.

 

Voor iedere aanbevelingen is nagedacht over de hierboven genoemde punten. Echter niet voor iedere aanbeveling kon ieder punt worden beantwoord. Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen sterk geformuleerde aanbevelingen en zwak geformuleerde aanbevelingen. In het eerste geval doet de richtlijncommissie een duidelijke uitspraak over iets dat zeker wel of zeker niet gedaan moet worden. In het tweede geval wordt de aanbeveling minder zeker gesteld (bijvoorbeeld “Overweeg om …”) en wordt dus meer ruimte gelaten voor alternatieve opties. Voor sterk geformuleerde aanbevelingen zijn bovengenoemde punten in principe meer uitgewerkt dan voor de zwak geformuleerde aanbevelingen.

 

Tabel met aanbevelingen

Aanbeveling

Tijdspad voor implementatie:
<1 jaar,

1-3 jaar of

>3 jaar

Verwacht effect op kosten

Randvoorwaarden voor implementatie (binnen aangegeven tijdspad)

Mogelijke barrières voor implementatie1

Te onder-nemen acties voor implemen-tatie2

Verantwoordelijken voor acties3

Maak lokale afspraken over financiering van postmortem radiologie

1-3 jaar

Voor postmortem radiologie bestaat nu nog geen structurele financiering. Toename in het aantal postmortem radiologische onderzoeken kan leiden tot een verhoging van de kosten die het ziekenhuis maakt

Financiele afspraken met betrekking tot postmortem radiologie/postmortem diagnostiek

Onvoldoende financiering beschikbaar, of fiancieringsafspraken komen niet tot stand vanwege weerstand of onvoldoende financiele middelen

In overleg met stakeholders betrokken bij financiering van postmortem radiologisch onderzoek/postmortem diagnostiek.

Betrokken partijen zoals ZN, WV’en, Ziekenhuizen.

Overweeg postmortem radiologie bij alle overledenen als aanvulling op een obductie, of als alternatief indien er geen toestemming is voor een obductie.

1-3 jaar

-

Logistieke mogelijkheid tot het uitvoeren van postmortem radiologisch onderzoek

Onvoldoende bekendheid en/of expertise bij personeel en patiënten/nabestaanden.

Goede informatievoorziening

Zieken-huizen

Maak gebruik van de expertise van gespecialiseerde centra voor het uitvoeren van postmortem radiologie indien nodig.

< 1 jaar

+

Netwerk met expertise moet ontwikkeld zijn en bekend zijn bij ziekenhuizen die postmortem radiologie willen aanbieden

Tijdsinvestering en bekendheid van de mogelijkheid gebruik te maken van het netwerk

Netwerk bekendheid geven

NVvR, ziekenhuizen

Ontwikkel een lokaal protocol voor het uitvoeren van postmortem radiologie.

< 1 jaar

-

Tijdsinvestering

Geen

Lokaal protocol bekend maken

Ziekenhuizen

Leg verkregen toestemming vast in het medisch dossier van de betreffende patiënt. Vermeld daarbij: naam en geboortedatum van degene die toestemming geeft en de relatie tot de overledene.

< 1 jaar

-

Tijdsinvestering

Geen

Mogelijkheid dit vast te leggen in het dossier

Ziekenhuizen

Bespreek de uitslag van het postmortem radiologisch onderzoek met de persoon die toestemming heeft gegeven voor het onderzoek indien hij of zij dat wenst (en het zou mogen van de overledene).

< 1 jaar

-

Tijdsinvestering

Geen

Geen

Ziekenhuizen

Zorg dat er geschikt informatie-materiaal beschikbaar is voor nabestaanden over postmortem radiologie.

< 1 jaar

-

Tijdsinvestering

Geen

Geen

Ziekenhuizen

Leg informatievoorziening aan de nabestaanden vast in een procedurebeschrijving van het ziekenhuis.

< 1 jaar

-

Tijdsinvestering

Geen

Geen

Ziekenhuizen

De hoofdbehandelaar dient bij overlijden van de patiënt naast toestemming voor obductie ook naar toestemming voor postmortem radiologie met eventueel aanvullend onderzoek te vragen.

< 1 jaar

-

Logistieke inbedding

Onbekendheid bij clinici en nabestaanden over postmortem radiologisch onderzoek

Goede informatievoorziening aan clinici en nabestaanden/patiënten

Zieken-huizen

De hoofdbehandelaar dient binnen een redelijke termijn de uitslag met de nabestaande(n) te bespreken waarbij hij of zij van tevoren duidelijk dient aan te geven wanneer de uitslag te verwachten is.

< 1 jaar

-

Logistieke afspraken rondom verslaglegging postmortem radiologische bevindingen

Tijdsinvestering

 

Zieken-huizen

Zoek als opstartende afdeling voor postmortem radiologie contact met het netwerk postmortem radiologie (zie de module ‘Competenties en een netwerk’ en www.nvvr.nl) voor advies en eventueel ondersteuning.

< 1 jaar

-+

Bekendheid van het netwerk en toegankelijkheid

Tijdsinvestering, kosten en bekendheid bij radiologen

Goede informatievoorziening, bekostiging

NVvR, ziekenhuizen

Ontwikkel een lokaal logistiek en (scan)protocol voor het uitvoeren van postmortem radiologie.

< 1 jaar

-

Tijdsinvestering

Geen

Lokaal protocol bekend maken

Ziekenhuizen

Ontwikkel bij voorkeur een dedicated team, met bevoegde en bekwame zorgverleners die betrokken willen zijn bij postmortem radiologisch onderzoek.

1-3 jaar

 

-+

Expertise en bereidheid, tijdsinvestering

Expertise en bereidheid

Training en opleiding

NVvR, ziekenhuizen

Besteed aandacht aan het emotioneel belastende aspect van postmortem onderzoek voor de medewerkers door training en nazorg te organiseren.

1-3 jaar

-+

Tijdinvestering en expertise

Investering in training/opleiding

Training en opleiding

Ziekenhuizen

Bij lage aantallen postmortem radiologisch onderzoek (bijvoorbeeld <10 per jaar): beoordeling dubbelreading door een (externe) postmortem radioloog door middel van het netwerk of beoordeling enkel door een externe postmortem radioloog uit het netwerk.

1-3 jaar

+

Netwerk, toegankelijkheid, tijdsinvestering en expertise

 

 

Radiologen

Bij redelijke en nog stijgende aantallen (bijvoorbeeld 10 tot 50 per jaar): dubbelreading door een (externe) postmortem radioloog door middel van het netwerk.

1-3 jaar

+

Netwerk, toegankelijkheid, tijdsinvestering en expertise

 

 

Radiologen

Bezoek cursussen en/of congressen op het gebied van postmortem radiologie

<1 jaar

-+

 

 

 

Radiologen, NVvR

Word lid van de NVVR-sectie Forensische en Postmortem Radiologie en bezoek sectievergaderingen; overleg regelmatig met vakbroeders ter bevordering van kennisoverdracht en bespreking casuïstiek.

<1 jaar

 

 

 

 

NVvR, ziekenhuizen

Organiseer een lokaal multidisciplinair overleg met (eigen) clinici en pathologen om regelmatig casuïstiek te bespreken.

< 1 jaar

-

Tijdsinvestering

Tijd en logistieke afspraken

Organiseren van voldoende overleggen

Clinici/radiologen/pathologen betrokken bij post-mortem radiologie

  1. Barrières kunnen zich bevinden op het niveau van de professional, op het niveau van de organisatie (het ziekenhuis) of op het niveau van het systeem (buiten het ziekenhuis). Denk bijvoorbeeld aan onenigheid in het land met betrekking tot de aanbeveling, onvoldoende motivatie of kennis bij de specialist, onvoldoende faciliteiten of personeel, nodige concentratie van zorg, kosten, slechte samenwerking tussen disciplines, nodige taakherschikking, etcetera.
  2. Denk aan acties die noodzakelijk zijn voor implementatie, maar ook acties die mogelijk zijn om de implementatie te bevorderen. Denk bijvoorbeeld aan controleren aanbeveling tijdens kwaliteitsvisitatie, publicatie van de richtlijn, ontwikkelen van implementatietools, informeren van ziekenhuisbestuurders, regelen van goede vergoeding voor een bepaald type behandeling, maken van samenwerkingsafspraken.
  3. Wie de verantwoordelijkheden draagt voor implementatie van de aanbevelingen, zal tevens afhankelijk zijn van het niveau waarop zich barrières bevinden. Barrières op het niveau van de professional zullen vaak opgelost moeten worden door de beroepsvereniging. Barrières op het niveau van de organisatie zullen vaak onder verantwoordelijkheid van de ziekenhuisbestuurders vallen. Bij het oplossen van barrières op het niveau van het systeem zijn ook andere partijen, zoals de NZA en zorgverzekeraars, van belang.

 

Impact op zorgkosten

Omdat voor postmortem radiologie, of postmortem diagnostiek in brede zin nog geen financieringsstructuur georganiseerd is, zal het implementeren van postmortem radiologie vanzelfsprekend een impact hebben op de zorgkosten. Hierover dienen lokale afspraken gemaakt te worden met betrokken partijen.

 

Te ondernemen acties per partij

Hieronder wordt per partij toegelicht welke acties zij kunnen ondernemen om de implementatie van de richtlijn te bevorderen.

Nederlandse Vereniging voor Radiologie:

 

De lokale vakgroepen/individuele medisch professionals

 

De systeemstakeholders (onder andere zorgverzekeraars, (koepelorganisaties van) ziekenhuisbestuurders, IGZ)

Ten aanzien van de financiering van de zorg voor postmortem radiologie wordt van het bestuur van de ziekenhuizen verwacht dat zij bereid zijn lokale afspraken te maken (zie hierboven bij impact op zorgkosten) om de aanbevelingen in deze richtlijn te kunnen implementeren. Daarnaast wordt van de bestuurders verwacht dat zij bij de betrokken medisch professionals nagaan op welke wijze zij kennis hebben genomen van de nieuwe richtlijn en deze toepassen in de praktijk.

 

Het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten

Toevoegen van richtlijn aan richtlijnendatabase. Daarbij opnemen van dit implementatieplan op een voor alle partijen goed te vinden plaats.