Verslag invitational conference

Herziening richtlijn Consultatieve Psychiatrie

De Richtlijn Consultatieve Psychiatrie dateert uit 2008

 

Voorstel vanuit de werkgroep

Afbakening

  1. niet betrekking op diagnostiek en behandeling specifieke aandoeningen;
  2. beperkt tot consulten psychiatrie binnen het ziekenhuis (klinische afdelingen en EHBO; niet in huisartsenpraktijk, verpleeghuizen, revalidatiekliniek en categorale instellingen);
  3. niet betrekking hebbend op kinderpsychiatrie.

 

Knelpunten / onderwerpen voor de richtlijn:

  1. het proces van consultgeving (standaard formuleren);
  2. welke competenties zijn nodig om consulten te kunnen doen;
  3. taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de verpleegkundig specialist/consultatief psychiatrisch verpleegkundige;
  4. beoordelen van wilsonbekwaamheid (rol consultatief psychiater);
  5. adviezen aan collega-artsen worden niet altijd opgevolgd (hoe kun je adherentie verbeteren);
  6. wanneer is routinematige screening op psychopathologie (bijvoorbeeld depressie en angststoornissen, cognitieve stoornissen) effectief;
  7. is routinematige follow-up meting (waaronder ROM) zinvol;
  8. hoe kan consultatieve psychiatrie het best georganiseerd worden. Hier ook aandacht voor gevolgen DBC financiering voor specifieke patiëntengroepen, en organisatie van acute beoordelingen op de EHBO.

 

Reacties op voorgestelde afbakening

  1. niet betrekking op specifieke aandoeningen is akkoord;
  2. er worden vraagtekens geplaatst bij het weglaten van het onderdeel met betrekking tot huisartsen. In dit kader is het belangrijk te denken vanuit de lijn van ketenzorg. Ook wordt door meerdere aanwezigen aangedrongen op het opnemen van poliklinische consulten / zorglijnen (dat wil zeggen beoordelingen op de polikliniek, bijvoorbeeld op een POP poli of pijnpoli) in de richtlijn. Dit wordt door velen ook als consultatie beschouwd, omdat er antwoord gegeven wordt op een vraag van een verwijzend ander specialisme. Deze activiteiten hebben nu geen status; het is belangrijk deze ergens een plek te geven. Geen commentaar komt op het voorstel verpleeghuizen, revalidatieklinieken en categorale instellingen niet in de richtlijn op te nemen;
  3. daarnaast wordt er vanuit het netwerk kinder- en jeugd consultatieve psychiatrie aangedrongen om de kinderpsychiatrie wel in de richtlijn op te nemen, hetgeen gesteund wordt door de voorzitter van de Afdeling Ziekenhuispsychiatrie. In praktijk wordt ook vaak naar kinderen gekeken door psychiater niet gespecialiseerd in kinderpsychiatrie. Tevens wordt er aandacht gevraagd voor de transitie van adolescenten naar volwassenenpsychiatrie.

 

Overige commentaren

 

Reacties op knelpunten, aandachtspunten en suggesties

  1. beschrijving consultproces: geen commentaar;
  2. competenties: er was discussie of het alleen om competenties van de arts of ook om competenties van de consultatief verpleegkundige/verpleegkundig specialist moet gaan. Voorzitter stelt dat het onjuist is als namens de NVvP competentie-eisen op te stellen voor een andere beroepsgroep. Daarvoor zou de richtlijn multidisciplinair dat wil zeggen samen met de V&VN opgesteld moeten worden;
  3. hoewel geen competenties opgesteld kunnen worden voor consultatief verpleegkundigen/ verpleegkundig specialisten is het mogelijk in te gaan op de verdeling van taken en verantwoordelijkheden tegen de achtergrond van bevoegdheden en vaardigheden. Enkele aanwezigen benadrukken hier dat het initiële contact altijd met een arts moet zijn, en in enkele ziekenhuizen is dit ook zo afgesproken (ziekenhuispsychiatrie is poortspecialisme met dokter aan de poort conform visiedocument ziekenhuispsychiatrie 2015-2018). Het (opleidings)niveau van consultatief psychiatrisch verpleegkundigen is niet altijd helder – dit bemoeilijkt het standaardiseren van taken die zij al dan niet kunnen doen. Er wordt toegelicht dat de verpleegkundig specialisten GGZ een zelfstandige BIG-geregistreerde beroepsgroep is die niet meer per definitie onder de verlengde arm constructie van de medicus werkt;
  4. opname in de richtlijn van de rol van de psychiater bij beoordeling van wilsbekwaamheid wordt zinvol geacht. Geen commentaar;
  5. verhogen van adherentie aan adviezen wordt ook een zinvol onderdeel geacht. Geopperd wordt dat dit mogelijk ook de poliklinische consulten moet betreffen;
  6. screening op psychopathologie. Zinvol volgens aanwezigen. Vraag: gaat het hierbij met name om de klinische populatie of ook om de poliklinische populatie? Zie eerdere toevoeging Gesuggereerd wordt een link te leggen met inbedding in gehele organisatie of zorglijn;
  7. routinematige follow up metingen: onderwerp heeft als risico dat het snel medisch inhoudelijk wordt (bij welke aandoening wel of niet). Moeilijk om dit onderdeel af te bakenen. Dit onderwerp past wellicht toch niet binnen deze richtlijn. Voorstel ook om de ROM eruit te laten;
  8. organisatie van zorg in consultatieve dienst, op EHBO en binnen ketens is een belangrijk punt. Hoe kun je het best consultatie op de EHBO organiseren. Hoe kun je idealiter je consultatieve dienst organiseren? Het bestaande hoofdstuk over bestaffing is niet meer van toepassing. Er lijkt wel behoefte aan een hoofdstuk over bestaffing ‘nieuwe stijl’: wat is een wenselijk consultratio per aantal bedden. Het percentage comorbiditeit bij opgenomen patiënten is hoog, maar het aantal consulten psychiatrie is relatief laag. Uitbreiding van de liaisonactiviteiten zal naar verwachting leiden tot extra consulten, met mogelijk weer positieve effecten op andere terreinen: opnameduur en heropnames (Birmingham onderzoek). Witte jas!

 

Overige commentaren/toevoegingen

 

Schriftelijke reacties