Uitgangsvragen en de daarvoor verantwoordelijke werkgroepleden

Module

Auteurs

Wat is het effect van detecteren van distress en zorgbehoefte bij

volwassenen met kanker?

mw. drs. T. Brouwer, Ervaringsdeskundige, namens de Nederlandse federatie van kankerpatiëntenorganisaties

mw. dr. W.V. Dolsma,   Radiotherapeut-oncoloog n.p. namens de NVRO

mw. dr. J. Hoekstra-Weebers, Medisch socioloog, namens de NVPO

a.   Wat weten we over het detecteren van distress en zorgbehoefte in de 1e lijn?

b.   Wat zijn belemmerende en bevorderende factoren voor het detecteren van distress en zorgbehoefte in de 1e lijn?

mw. C. Janssen, Wijkverpleegkundige, namens de V&VN Maatschappij en Gezondheid

K. de Jong, Ervaringsdeskundige, namens de Nederlandse federatie van kankerpatiëntenorganisaties (tot 18/8/2015)

mw. J. Koopman, POH-GGZ, namens   de LVPOHGGZ

dr. A.M. Mathot, Huisarts, namens de NHG

Welk instrument is het meest geschikt om bij volwassenen met kanker gedurende het gehele ziekteproces distress en zorgbehoefte te detecteren?

a.  Welke instrumenten zijn er?

b.  Wat zijn de psychometrische eigenschappen van de geselecteerde instrumenten?

 

c.  Welk afkappunt is voor de geselecteerde instrumenten het meest geschikt

voor het detecteren van distress en zorgbehoefte?

prof.dr. N.K. Aaronson, namens de NVPO

mw. drs. T. Brouwer, Ervaringsdeskundige, namens de Nederlandse federatie van kankerpatiëntenorganisaties

N. Golsteijn, Verpleegkundig specialist, namens de V&VN Oncologie

mw. dr. J. Hoekstra-Weebers, Medisch socioloog, namens de NVPO

prof.dr. J. Prins, Medisch psycholoog, namens de NVPO

mw. drs. T. Brouwer, Ervaringsdeskundige, namens de Nederlandse federatie van kankerpatiëntenorganisaties

mw. dr. J. Hoekstra-Weebers, Medisch socioloog, namens de NVPO

mw. J. Krol-Veraar, Verpleegkundig specialist, namens V&VN verpleegkundig specialisten

mw. dr. A. Kuin, Geestelijk verzorger, Westfries gasthuis

Op welke meetmomenten in het patiëntentraject dient het instrument te worden ingezet om tijdig distress en zorgbehoefte te detecteren?

N. Golsteijn, Verpleegkundig specialist, namens V&VN oncologie

mw. dr. J. Hoekstra-Weebers, Medisch socioloog, namens de NVPO

mw. J. Koopman, POH-GGZ, namens de LVPOHGGZ

mw. J. Krol-Veraar, Verpleegkundig specialist, namens de V&VN verpleegkundig specialisten

Wie bespreekt wat en hoe met de patiënt n.a.v. uitkomsten van het instrument?

mw. dr. W.V. Dolsma, Radiotherapeut-oncoloog n.p. namens de NVRO

mw. dr. J. Hoekstra-Weebers, Medisch socioloog, namens de NVPO

mw. M.H. van der Veldt, Medisch MW, namens de NVMW

Bij welke mate van distress moet doorverwezen worden en naar wie?

mw. drs. T. Brouwer, Ervaringsdeskundige, namens de Nederlandse federatie van kankerpatiëntenorganisaties

mw. dr. J. Hoekstra-Weebers, Medisch socioloog, namens de NVPO

mw. J. Krol-Veraar, Verpleegkundig specialist, namens de V&VN verpleegkundig specialisten

mw. dr. A. Kuin, Geestelijk verzorger, namens de VGVZ

Wat zijn de organisatorische randvoorwaarden waarbinnen het detecteren van distress en zorgbehoefte (instrument, gesprek en verwijzing) succesvol kan worden toegepast?

 

mw. dr. M. Bannink, Psychiater, namens de NVvP

K. de Jong, Ervaringsdeskundige, namens de Nederlandse federatie van kankerpatiëntenorganisaties (tot 18/8/2015)

mw. J. Krol-Veraar, Verpleegkundig specialist, namens de V&VN verpleegkundig specialisten

mw. dr. A. Kuin, Geestelijk verzorger, namens de VGVZ

prof.dr. J.A. Roukema, Oncologisch chirurg, namens de NVvH

mw. M.H. van der Veldt, Medisch MW, namens de NVMW