Implementatieplan

(Sub)aanbeveling

 

Sterkte van de aanbeveling

Bewijskracht per uitkomstmaat

Verkeerslicht per (sub)aanbeveling

 

Aanbeveling 1:

Overweeg in eerste instantie het plaatsen van een postpartum -intra-uteriene ballon, in combinatie met het continueren van uterotonica en vaginale packing bij aanhoudend vaginaal bloedverlies postpartum.

□ Sterk (doe/ gebruik) /

☑Zwak (overweeg)

Overall bewijskracht

 

□ H  □ M  □L  VL     □ NG

 

Range bewijskracht van alle uitkomstmaten

□H  □ M  □ L  VL     NG

 

OF

 

□ voor de (sub)uitgangsvraag is geen systematische literatuur analyse uitgevoerd

 

 

ROOD: vul tabel A in

 

LICHT ROOD: vul tabel A in

 

ORANJE: gebruik tabel B

 

LICHT GROEN: vul tabel A in

 

GROEN: vul tabel A in

Aanbeveling  2

Houd rekening met het feit dat in een deel van de ballonplaatsingen er alsnog een radiologische embolisatie nodig is. Maak locoregionale afspraken om de beschikbaarheid van deze ingreep te waarborgen.

 Sterk (doe/ gebruik) /

☑  Zwak (overweeg)

Overall bewijskracht

 

□ H  □ M  □L  VL     □ NG

 

Range bewijskracht van alle uitkomstmaten

□H  □ M  □ L  VL     NG

 

OF

 

□ voor de (sub)uitgangsvraag is geen systematische literatuur analyse uitgevoerd

 

 

ROOD: vul tabel A in

 

LICHT ROOD: vul tabel A in

 

ORANJE: gebruik tabel B

 

LICHT GROEN: vul tabel A in

 

GROEN: vul tabel A in

Aanbeveling  3

Zorg altijd, rond elk van beide ingrepen, voor adequate maternale monitoring en supportive care, inclusief passend transfusiebeleid en stollingscorrectie, met IC-zorg waar nodig, zeker in het geval van hemodynamische instabiliteit.

☑ Sterk (doe/ gebruik) /

 Zwak (overweeg)

Overall bewijskracht

 

□ H  □ M  □L  VL     □ NG

 

Range bewijskracht van alle uitkomstmaten

□H  □ M  □ L  VL     NG

 

OF

 

□ voor de (sub)uitgangsvraag is geen systematische literatuur analyse uitgevoerd

 

 

ROOD: vul tabel A in

 

□ LICHT ROOD: vul tabel A in

 

□ ORANJE: gebruik tabel B

 

 LICHT GROEN: vul tabel A in

 

GROEN: vul tabel A in

Tabel A: (De-)Implementatietabel met impuls analyse

Aanbeveling –3

 

  1. Wat was het onderliggende probleem om deze uitgangsvraag uit te werken?

 

Ongewenste praktijkvariatie

Nieuwe evidentie

□ Anders

 

Toelichting:

Nieuwe onderzoeken hebben inzicht gegeven in de effectiviteit en risico's van ballontamponade en radiologische embolisatie bij persisterende PPH als gevolg van uterusatonie. Er bestaat praktijkvariatie in hoe en wanneer maternale monitoring en supportive care wordt toegepast, wat invloed kan hebben op patiëntuitkomsten.

  1. Maak een inschatting over hoeveel patiënten het ongeveer gaat waar de aanbeveling betrekking op heeft?

□< 1000

□ < 5000

5000-40.000

> 40.000

 

  1. Maakt de aanbeveling deel uit van een set van interventies voor hetzelfde probleem?

 

Ja: hoe verhoudt deze aanbeveling zich tot de andere aanbevelingen uit deze module/ richtlijn of uit andere richtlijnen(modules)? Dient hier rekening mee gehouden te worden bij de implementatie of kan dit worden gezien als een losstaande aanbeveling?

 

Toelichting: deze aanbeveling maakt deel uit van een set van modules voor de behandeling van post-partum hemorragie.

 

□ Nee

 

  1. Belemmeringen en kansen op verschillende niveaus voor landelijke toepassing van de aanbeveling:

Voorbeelden

Wat zijn mogelijke belemmerende factoren?

 

Wat zijn mogelijke bevorderende factoren?

  1. Richtlijn/ klinisch traject (innovatie)

Voortschrijding/vooruitgang in de praktijk, haalbaarheid, geloofwaardigheid, toegankelijkheid, aantrekkelijkheid

Variatie in richtlijnadoptie tussen ziekenhuizen

Duidelijke richtlijn ondersteunt uniforme zorg

  1. Zorgverleners (artsen en verpleegkundigen)

Bewustzijn, kennis, houding, motivatie om te veranderen, gedragsroutines

Gebrek aan kennis of ervaring met richtlijnaanpassingen

Kennis nemen van de module zal de implementatie helpen.

  1. Patiënt/ cliënt (naasten)

Kennis, vaardigheden, houding, compliance

Onvoldoende betrokkenheid bij keuzeproces

Goede voorlichting kan therapietrouw verbeteren

  1. Sociale context

Mening van collega’s, cultuur van het netwerk, samenwerking, leiderschap

Lokale voorkeuren en werkwijzen verschillen

Multidisciplinaire samenwerking versterkt implementatie

  1. Organisatorische context

Organisatie van zorgprocessen, personeel, capaciteiten, middelen, structuren

Beperkingen in personele en IC-capaciteit

 

Centrale protocollen kunnen implementatie vergemakkelijken

  1. Economische en politieke context

Financiële regelingen, regelgeving, beleid (vergoede zorg, betaaltitel)

Financiële druk en bekostigingsmodellen

Onderbouwing van kosteneffectiviteit kan acceptatie stimuleren

  1. Welke personen/partijen zijn van belang bij het toepassen van de aanbeveling in de praktijk?

 

☑  Patiënt/ cliënt (naaste)

☑  Professional

☑ Beroepsvereniging

☑ Ziekenhuis(bestuurder)

☑  Zorgverzekeraars/ NZa 

☑ Zorginstituut [duiding nodig]

□  ……… (graag aanvullen met alle relevante partijen, e.g., industrie)

 

  1. Wat zouden deze personen/ partijen moeten veranderen in hun gedrag of organisatie om de aanbeveling toe te passen?

 

Medisch specialisten moeten kennisnemen van deze aanbeveling en zo nodig protocollen aanpassen.

 

  1. Binnen welk tijdsbestek moet de aanbeveling zijn geïmplementeerd? 

  < 1 jaar

□ < 2 jaar

□ < 3 jaar

 

[toelichting]

 

  1. Conclusie: is er extra aandacht nodig voor implementatie van de aanbeveling (anders dan publicatie van deze richtlijnmodule)?

Ja* Nee

 

Toelichting: kennisnemen van deze aanbeveling is voldoende voor de implementatie.

 

*Deze aanbeveling komt in aanmerking voor plaatsing op de Implementatie Agenda van het programma Zorg Evaluatie & Gepast Gebruik (ZE&GG). In het programma ZE&GG werken patiënten, zorgverleners, zorgaanbieders, zorgverzekeraars en overheid samen aan de bewezen beste zorg voor de patiënt. Daarmee is ZE&GG een programma van alle betrokken partijen in de Medisch Specialistische Zorg. FMS is één van deze betrokken partijen. 

De implementatieagenda van ZE&GG bevat onderwerpen over wat de bewezen beste zorg is en die in de dagelijkse zorgpraktijk geïmplementeerd zouden moeten worden.  Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en de Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuizen (NVZ) hebben landelijke afspraken gemaakt over de implementatie van de onderwerpen van de implementatieagenda. Deze afspraken zijn onderdeel van de zorginkoopafspraken tussen zorgverzekeraars en zorgaanbieders. 

Vanuit FMS worden sterke, goed onderbouwde aanbevelingen, getoetst op de behoefte aan een implementatie impuls aangedragen. Voor de beoordeling van onderwerpen uit richtlijnen wordt gekeken naar bovenstaande tabel voor een inschatting van de implementatie impuls. Met de ingevulde implementatietabel kunnen we vanuit FMS de andere HLA-MSZ partijen goed informeren om zo samen te beslissen of de aanbeveling daadwerkelijk op de implementatie agenda zal worden geplaatst.

 

Tabel B: Implementatietabel 

Aanbeveling – 1

Op basis van de beschikbare evidentie en ervaring uit de praktijk kon er onvoldoende richting aan de besluitvorming worden gegeven. Om die reden is er geen beschrijving van belemmeringen en kansen voor implementatie van de aanbeveling toegevoegd. Disseminatie van de kennis in deze module verloopt via de standaard route. De module wordt gepubliceerd op de Richtlijnendatabase.

 

 

Aanbeveling – 2

Op basis van de beschikbare evidentie en ervaring uit de praktijk kon er onvoldoende richting aan de besluitvorming worden gegeven. Om die reden is er geen beschrijving van belemmeringen en kansen voor implementatie van de aanbeveling toegevoegd. Disseminatie van de kennis in deze module verloopt via de standaard route. De module wordt gepubliceerd op de Richtlijnendatabase.