Implementatieplan

Aanbeveling – 1

 

  1. Wat was het onderliggende probleem om deze uitgangsvraag uit te werken?

 

X Ongewenste praktijkvariatie

X Nieuwe evidentie

□ Anders

 

Toelichting:

EULAR-richtlijn verschenen, nog geen richtlijn en daarom praktijkvariatie. Zeldzame aandoening, maar desondanks praktijkvariatie tussen niet-expertise centra verkleinen.

 

  1. Maak een inschatting over hoeveel patiënten het ongeveer gaat waar de aanbeveling betrekking op heeft?

X < 1000

□ < 5000

5000-40.000

> 40.000

 

  1. Maakt de aanbeveling deel uit van een set van interventies voor hetzelfde probleem?

 

X Ja: hoe verhoudt deze aanbeveling zich tot de andere aanbevelingen uit deze module/ richtlijn of uit andere richtlijnen(modules)? Dient hier rekening mee gehouden te worden bij de implementatie of kan dit worden gezien als een losstaande aanbeveling?

 

Toelichting: Bij de keuze voor een immunosuppressieve behandeling voor myositis bij SSc moet altijd rekening worden gehouden met de overige orgaanbetrokkenheid. De therapeutische aanbevelingen voor de verschillende orgaan manifestaties staat beschreven in de overige modules, en hiermee dient dus rekening te worden gehouden.

 

□ Nee

 

  1. Belemmeringen en kansen op verschillende niveaus voor landelijke toepassing van de aanbeveling:

Voorbeelden

Wat zijn mogelijke belemmerende factoren?

Wat zijn mogelijke bevorderende factoren?

  1. Richtlijn/ klinisch traject (innovatie)

Voortschrijding/vooruitgang in de praktijk, haalbaarheid, geloofwaardigheid, toegankelijkheid, aantrekkelijkheid

Hier worden geen grote belemmeringen verwacht.

Binnen deze aanbeveling hoeven er geen nieuwe diagnostiek of therapieën worden geïmplementeerd. Er is daarnaast een grote behoefte aan handvatten.

  1. Zorgverleners (artsen en verpleegkundigen)

Bewustzijn, kennis, houding, motivatie om te veranderen, gedragsroutines

 

Bewustzijn en kennis over myositis/myocarditis bij SSc en behandelopties worden vergroot.

  1. Patiënt/ cliënt (naasten)

Kennis, vaardigheden, houding, compliance

 

De richtlijn kan de kennis en daarmee de zelfmanagement van de patiënt vergroten.

  1. Sociale context

Mening van collega’s, cultuur van het netwerk, samenwerking, leiderschap

Onvoldoende aansluiting van de perifere reumatoloog/internist bij een centrum met expertise voor SSc

Zorg voor goedlopende regionale netwerken voor zeldzame aandoeningen.

  1. Organisatorische context

Organisatie van zorgprocessen, personeel, capaciteiten, middelen, structuren

Uitslag myositis blot duurt in veel centra vaak 4 weken, dus met name organisatie diagnostiek.

Betere organisatie van artsen in regionale netwerken, ook samen met neurologen en cardiologen, en verbetering diagnostiek myositis blot.

  1. Economische en politieke context

Financiële regelingen, regelgeving, beleid (vergoede zorg, betaaltitel)

Financiële vergoedingen voor MDO’s zijn niet goed geregeld in veel ziekenhuizen. Daarnaast hebben veel middelen geen vergoedingsstatus. Dit vormt een belemmering voor de implementatie.

 

  1. Welke personen/partijen zijn van belang bij het toepassen van de aanbeveling in de praktijk?
  1.  

X Patiënt/ cliënt (naaste)

X Professional

X Beroepsvereniging

□ Ziekenhuis(bestuurder)

□ Zorgverzekeraars/ NZa

X Zorginstituut [duiding nodig]

X Patiëntvereniging, farmaceutische industrie (voldoende middelen produceren, nieuwe middelen ontwikkelen)

  1. Wat zouden deze personen/ partijen moeten veranderen in hun gedrag of organisatie om de aanbeveling toe te passen?

De professional en beroepsverenigingen dienen op de hoogte te worden gebracht van de inhoud van de richtlijn.

De ziekenhuis bestuurders moeten zich meer inzetten om expertiseconsulten te organiseren en financieren, de zorgverzekeraars dienen dit te ondersteunen.

Onderzoek naar de immunosuppressieve behandeling voor myositis en myocarditis moet worden ondersteund en gesubsidieerd, aangezien dit een grote kennislacune is.

  1. Binnen welk tijdsbestek moet de aanbeveling zijn geïmplementeerd? 

X < 1 jaar

□ < 2 jaar

□ < 3 jaar

 

  1. Conclusie: is er extra aandacht nodig voor implementatie van de aanbeveling (anders dan publicatie van deze richtlijnmodule)?

□ Ja* X Nee

 

*Deze module komt in aanmerking voor plaatsing op de Implementatie Agenda van het programma Zorg Evaluatie & Gepast Gebruik (ZE&GG). In het programma ZE&GG werken patiënten, zorgverleners, zorgaanbieders, zorgverzekeraars en overheid samen aan de bewezen beste zorg voor de patiënt. Daarmee is ZE&GG een programma van alle betrokken partijen in de Medisch Specialistische Zorg. FMS is één van deze betrokken partijen.

 

De implementatieagenda van ZE&GG bevat onderwerpen over wat de bewezen beste zorg is en die in de dagelijkse zorgpraktijk geïmplementeerd zouden moeten worden.  Zorgverzekeraars Nederland (ZN) en de Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuizen (NVZ) hebben landelijke afspraken gemaakt over de implementatie van de onderwerpen van de implementatieagenda. Deze afspraken zijn onderdeel van de zorginkoopafspraken tussen zorgverzekeraars en zorgaanbieders.

 

Vanuit FMS worden sterke, goed onderbouwde aanbevelingen, getoetst op de behoefte aan een implementatie impuls aangedragen. Voor de beoordeling van onderwerpen uit richtlijnen wordt gekeken naar bovenstaande tabel voor een inschatting van de implementatie impuls. Met de ingevulde implementatietabel kunnen we vanuit FMS de andere HLA-MSZ partijen goed informeren om zo samen te beslissen of de aanbeveling daadwerkelijk op de implementatie agenda zal worden geplaatst.