Algemene inleiding bij richtlijn Bacteriƫle Meningitis

Algemene inleiding

AANLEIDING VOOR HET MAKEN VAN DE RICHTLIJN 

De vorige richtlijn Bacteriële Meningitis dateert uit 1998 en is vooral gebaseerd op consensus. Sinds de totstandkoming van deze consensusrichtlijn in 1998 hebben er op het gebied van epidemiologie, diagnostiek en behandeling van bacteriële meningitis belangrijke ontwikkelingen plaatsgevonden, waardoor het tijd is de richtlijn te herzien en van een evidence-based onderbouwing te voorzien.

 

DEFINITIE EN DOELSTELLING VAN DE RICHTLIJN

Een richtlijn is een document met aanbevelingen ter ondersteuning van de dagelijkse praktijkvoering. In de conclusies wordt aangegeven wat de wetenschappelijke stand van zaken is. De aanbevelingen zijn gericht op het expliciteren van optimaal medisch handelen en zijn gebaseerd op de resultaten van wetenschappelijk onderzoek en overwegingen van de werkgroep.

Aan richtlijnen worden steeds meer eisen gesteld; ze moeten wetenschappelijk onderbouwd, transparant en bruikbaar zijn in de praktijk. Er is bij voorkeur inbreng door patiënten (patiëntenperspectief). Daarnaast is het belangrijk dat de beroepsgroepen die in de praktijk met de richtlijn werken, betrokken zijn bij de ontwikkeling en de richtlijn ook breed dragen (autoriseren).

Deze richtlijn beoogt een leidraad te geven voor de dagelijkse praktijk van de diagnostiek en behandeling van bacteriële meningitis. Specifieke uitgangsvragen waarvoor deze richtlijn aanbevelingen geeft, zijn:

 

Epidemiologie

1)    Wat is de epidemiologie van bacteriële meningitis in Nederland?

 

Diagnostiek

1)    Wat zijn de klinische symptomen van bacteriële meningitis bij kinderen?

2)    Wat zijn de klinische symptomen van bacteriële meningitis bij volwassenen (en wat is de waarde van de testen van Kernig en Brudzinski)?

3)    Lumbaalpunctie

  1. Wanneer moet er vóór het doen van een lumbaalpunctie een CT-scan gemaakt worden?
  2. Wat zijn de contraindicaties voor het verrichten van een lumbaalpunctie?
  3. Welke bepalingen in de liquor cerebrospinalis na een lumbaalpunctie zijn zinvol voor het stellen van de diagnose bacteriële meningitis?

4)    Welke bepalingen zijn zinvol naast liquoronderzoek voor de diagnose bacteriële meningitis?

5)    Hoe wordt de diagnose bacteriële meningitis gesteld bij neurochirurgische patiënten?

 

Behandeling

1)    Welke antibiotica zijn aangewezen, welke dosering en hoe lang?

2)    Is het zinvol dat de huisarts al antibiotica toedient bij verdenking op meningokokken-ziekte?

3)    Is het zinvol om patiënten met een schedelbasisfractuur preventief te behandelen met antibiotica?

4)    Welk antibioticum wordt aanbevolen voor de profylactische behandeling van contacten van patiënten met meningokokkenziekte?

5)    Heeft aanvullende behandeling met dexamethason een gunstig effect op de uitkomst?

6)    Welke aanbevelingen zijn te geven voor ondersteunende behandeling?

 

Nazorg

1)    Welke aspecten zijn belangrijk bij de nazorg van patiënten met bacteriële meningitis?

 

RICHTLIJNGEBRUIKERS

Deze richtlijn is geschreven voor alle leden van beroepsgroepen die betrokken zijn bij de diagnostiek, behandeling en follow-up van patiënten met bacteriële meningitis.

 

PROBLEEMOMSCHRIJVING EN AFBAKENING

Incidentie in NL

Bacteriële meningitis is een levensbedreigende ontsteking van de hersenvliezen en hersenen. De ziekte kan spontaan ontstaan buiten het ziekenhuis of als complicatie van een (vaak neurochirurgische) operatie of van schedelletsel. In Nederland wordt de incidentie van bacteriële meningitis geschat op 4-6 per 100.000 inwoners per jaar. Op basis van data verzameld door het Nederlands Referentie Laboratorium voor Bacteriële Meningitis blijkt de incidentie van bacteriële meningitis te dalen over de laatste 10 jaar, mede door de introductie van nieuwe vaccins. Echter, de geassocieerde mortaliteit en morbiditeit is nog altijd aanzienlijk. Snelle herkenning en behandeling is essentieel om de prognose van patiënten met bacteriële meningitis te verbeteren.

 

Indicatoren en uitkomstmaten

Een indicator is een meetbaar kenmerk van de gezondheidszorg met een signaalfunctie voor (een aspect van) de kwaliteit van zorg. Indicatoren maken het de zorgverleners mogelijk om te meten of zij de gewenste zorg leveren en om onderwerpen voor verbeteringen te identificeren.