Indeling van bewijs
Uniforme indeling van de literatuur naar mate van bewijs en bepaling van het niveau van het advies:

Tabel 1a Mate van bewijs bij studies betreffende interventies en behandeling

A1 Meta-analyses die ten minste enkele gerandomiseerde onderzoeken van A2-niveau betreffen, waarbij de resultaten van afzonderlijke onderzoeken consistent zijn.
A2 Gerandomiseerd vergelijkend klinisch onderzoek van goede kwaliteit (gerandomiseerde, dubbelblind gecontroleerde trials) van voldoende omvang en consistentie. 
B Gerandomiseerde klinische trials van matige kwaliteit of onvoldoende omvang of ander vergelijkend onderzoek (niet-gerandomiseerd, cohortstudies, case-controlstudies).
C Niet-vergelijkend onderzoek.
D De mening van de deskundigen.


Tabel 1b: Mate van bewijs bij diagnostische tests

A1 Onderzoek naar effecten van diagnostiek op klinische uitkomsten bij een prospectief gevolgde goedgedefinieerde patientengroep met een tevoren gedefinieerd beleid op grond van te onderzoeken testuitslagen, of besliskundig onderzoek naar de effecten van diagnostiek op klinische uitkomsten, waarbij resultaten van onderzoek van A2-niveau als basis wordt gebruikt en voldoende rekening wordt gehouden met onderlinge afhankelijkheid van diagnostische tests.
A2 Onderzoek ten opzichte van een referentietest, waarbij vooraf criteria zijn gedefinieerd voor de te onderzoeken test en voor een referentietest, met een goede beschrijving van de test en de onderzochte klinische populatie: het moet een voldoende grote serie van opeenvolgende patienten betreffen, er moet gebruik gemaakt zijn van tevoren gedefinieerde afkapwaarden, en de resultaten van de test en de gouden standaard moeten onafhankelijk zijn beoordeeld. Bij situaties waarbij multipele diagnostische tests een rol spelen is er in principe een onderlinge afhankelijkheid en dient de analyse hierop te zijn aangepast, bijvoorbeeld met logistische regressie.
B Vergelijking met een referentietest, beschrijving van de onderzochte test en van de onderzochte populatie, maar niet de kenmerken die verder onder niveau A staan genoemd.
C Niet-vergelijkend onderzoek.
D De mening van de deskundigen.

Tabel 1c: Niveau en formulering van conclusies

Niveau Niveau van onderzoek moet minstens zijn Voorbeeld conclusie (C) en advies (A)
1 Ondersteund door ten minste twee onafhankelijk van elkaar uitgevoerde onderzoeken van niveau A. C: ヨ het is aangetoond datナ
A: ヨmen dientナ
2 Ondersteund door ten minste twee onafhankelijk van elkaar uitgevoerde onderzoeken van niveau B. C: ヨhet is aannemelijkナ
A: ヨmen zou ナmoetenナ
3 Niet ondersteund door voldoende onderzoek van niveau A of B C: ヨer zijn aanwijzingen datナ
A: ヨmen kanナ
4 Advies op grond van de mening van de werkgroepleden, niveau D C, A: ヨde werkgroep is van mening datナ

Tabel 2: Literatuurclassificatie
Zoekvolgorde van artikelen:

1 meta-analyse van prospectieve RCTメs
2 prospectief onderzoek in RCT
3 prospectief opgezette cohort
   a: multicenter-dataverzameling
   b: monocenter-dataverzameling
   case control studies
4 retrospectieve case pooling
   a: multicenter
   b: monocenter
case reports (en kleine aantallen patienten)
expert opinion